SNES Classic Mini bewijst dat de Super Nintendo ’n tijdloze console is
De SNES Classic Mini die eerder dit jaar is uitgebracht, is een onvervalst stukje game-nostalgie. Eerder viste ik achter het net bij de NES Classic Mini, maar deze opvolger moest en zou ik hebben. Al was het alleen maar omdat de Super Nintendo gewoon de mooiste console ooit is, met de tofste spellen.
Dit speeltje is een heruitgave van het Super Nintendo Entertainment System (Super Nintendo of gewoon SNES voor de fans). Deze console was in 1991 Nintendo’s antwoord op de Mega Drive van SEGA en deed de strijd tussen de twee game-giganten in volle hevigheid losbarsten.
Meteen bij de aankondiging van de SNES Classic Mini speculeerden gamesmedia over welke games er allemaal op zouden staan. De keuze was enorm: de SNES kent tientallen klassiekers en ook de ‘B-lijst’ bestaat uit honderden kanshebbers. Toen de 21 geselecteerde games eenmaal bekend waren, verschenen er wéér volop artikelen, maar nu over welke games eigenlijk op het apparaatje hadden moeten staan.
Veilige keuzes
Ik denk dat de uiteindelijke keuzes prima zijn, maar wel een beetje veilig. Natuurlijk staan Super Mario World en het vervolg Yoshi’s Island er op. Zelda: A Link to the Past en Super Metroid zitten erbij, net als Super Mario Kart, Donkey Kong Country en F-Zero. Voor de fans van actiegames met een forse moeilijkheidsgraad zijn er Contra III, Super Ghouls’n Ghosts en Super Castlevania IV.
Als fan ben ik erg tevreden met de toevoeging van Mega Man X, Secret of Mana en Final Fantasy III. Die laatste titel is, samen met Super Mario RPG, zelfs nooit voor de SNES uitgekomen in Europa. Datzelfde geldt ook voor Earthbound, maar daar heb ik nooit wat om gegeven.
Gezinsvriendelijk pakket
3D-shooter Starfox zit erbij, dat dankzij een speciale chip voor die tijd ongekende graphics had. Je kunt zelfs het nooit uitgebrachte vervolg vrijspelen, dat er als ‘verrassing’ bijzit. Voor de vechtersbazen is er Super Punch-Out!! en vooral Street Fighter II Turbo.
Het bloedige vechtspel Mortal Kombat en alle vervolgen ontbreken. Objectief bekeken zijn dat ook niet zulke goede games, maar als tijdsdocument (super-gewelddadig met morele paniek tot gevolg) was het interessant geweest. Maar goed, Nintendo wilde vooral een gezinsvriendelijk pakket afleveren en dat is gelukt. Zeker met het toevoegen van maar liefst twee games met de koddige roze klodder Kirby in de hoofdrol.
Schitteren door afwezigheid
Opvallende afwezigen zijn er ook. Chrono Trigger, misschien wel de beste role playing game voor de SNES, zit er onbegrijpelijk genoeg niet bij. Ook geen klassiekers uit de stal van softwarehuis Enix: geen Actraiser, Illusion of Time, Soulblazer of Terranigma. Gemiste kans.
Spellenmakers Capcom en Konami waren hofleveranciers voor de SNES. Hoe jammer is daarom het ontbreken van Final Fight (Capcom) en Turtles in Time (Konami) voor spelers die samen op de bank tegen criminelen willen knokken? De toevoeging van Lufia was aardig geweest, de enige Japanse RPG die bij mijn weten naar het Nederlands is vertaald.
Het is overigens zonder al te veel moeite mogelijk om meer spellen op de SNES Classic Mini te zetten. Mag officieel natuurlijk niet en er is een klein risico dat je je apparaat stuk maakt. Maar met alle uitgebreide handleidingen op Youtube moet je het wel heel bont maken wil je je SNES Classic Mini ‘bricken’.
Plezier in plaats van frustratie
Bij het spelen van de spellen op deze mini-SNES vallen twee dingen op. Ten eerste: de meeste games zijn nog uitstekend speelbaar. Dat is met de voorganger (de 8-bit NES) wel anders: tenzij je daarmee bent opgegroeid, vind je die games waarschijnlijk een beetje lelijk en véél te moeilijk. Niet voor niets bestaat de uitdrukking ‘Nintendo hard’ voor games uit de jaren 80.
In de tijd van de SNES waren de graphics kleurrijker en gedetailleerder. Gebruiksgemak en plezier kwamen in de plaats van frustrerende moeilijkheid. De mooiste games op de SNES hebben hele aantrekkelijke 2D-artwork die tijdloos is. Niet alleen in vergelijking met de generatie daarvoor, maar óók met latere games die de stap naar 3D zetten.
Vergelijk Zelda: A Link to the Past (charmant, overzichtelijk en helder in zijn eenvoud) met een Playstation-game van een paar jaar later (blokkerige 3D-modellen, groffe texturen en gekmakende camerastandpunten) en je begrijpt wat ik bedoel.
Snelheid of slimheid
De tweede observatie is hoe verschillend SNES-games zijn ten opzichte van titels voor de directe concurrent, de Mega Drive van SEGA. De Mega Drive was dé console voor speelhal-achtige actiespellen zonder al te veel gedoe. Denk aan Sonic the Hedgehog, Gunstar Heroes, Alien Soldier, Shinobi en Thunderforce IV. Niet per se diepgaand of baanbrekend, maar gewoon bloedsnel en precies moeilijk genoeg om te blijven boeien. Lekker knallen, springen en vechten.
Zie de Mega Drive als het coole straatschoffie en de SNES als het wonderkind met het hoge IQ. Heel generaliserend: voor Mega Drive-games had je doorzettingsvermogen en reflexen nodig, voor SNES-spellen vindingrijkheid en denkkracht.
Onder: Sonic the Hedgehog 2.
Als gevolg daarvan maakten ontwikkelaars in die tijd vaak verschillende versies van dezelfde titel: één voor de SNES en één voor de Mega Drive. Beide versies speelden heel verschillend ten opzichte van elkaar.
Een goed voorbeeld is The Adventures of Batman & Robin, gebaseerd op de destijds populaire cartoon. Op de SNES is het een Super Mario-achtig platformspel, terwijl het op de Mega Drive een explosieve run ’n gun is zoals Gunstar Heroes. Vergelijk ze hier. Youtuber SNES drunk heeft ook een paar heldere video’s gemaakt over de verschillen tussen beide consoles.
Hoe anders is dat vandaag de dag. De grootste games zijn miljoenenproducties, het is veel te kostbaar om voor elke afzonderlijke spelconsole een aparte versie te maken. Als een titel gelijktijdig op XBox One, Playstation 4, Steam en Switch verschijnt, zijn de verschillen vooral cosmetisch.
De allerbeste
Tot slot: welke game op de SNES Classic Mini móet je spelen? Als ik één spel moet aanraden aan een nieuwkomer is dat Yoshi’s Island, het vervolg op Super Mario World. Beide titels zijn klassiek, maar voor de veeleisende speler van nu biedt Yoshi’s Island net wat meer.
De belangrijkste mechanic is het opslokken van vijanden die je als dinosaurusei weer uitpoept. Zo’n ei kun je gooien naar andere vijanden, objecten, schakelaars en geheimen. Er zijn talloze verborgen doorgangen, fascinerende details en visuele grapjes. Je kunt op bepaalde plekken in een helikopter of graafmachine veranderen en het spel is ook gewoon heel uitdagend en groot met zo’n 50 levels.
Je bent definitief verkocht als je één keer hebt gezien hoe Yoshi ‘duizelig’ (zeg maar stoned) wordt door het aanraken van zwevende pluizenbollen in een van de eerste levels. Het spel zit vol met zulke geintjes. Tel daarbij op dat de graphics door de unieke kleurpotlood- en waskrijt-look werkelijk tijdloos zijn en je hebt een klassieker die nog jaren mee kan.