Stateside (2): Who needs drugs when you’ve got hugs?
Woensdag 17 september 2008
Op zaterdag was het plan om met Lili uit Slowakije en de Nederlandse Miranda een fietstocht te maken over de Golden Gate Bridge. Lili hield het echter een dag eerder dan gepland voor gezien in San Francisco, zodat Miranda en ik met z’n tweeën overbleven. We huurden twee fietsen bij een verhuurbedrijfje in een of andere steeg en weg waren we.
In vergelijking met andere Amerikaanse steden is San Francisco redelijk fietsvriendelijk. Ze hebben op sommige plekken zelfs aparte fietsstroken en dat is redelijk uniek voor de USA. We gingen over Market Street naar de haven, vervolgens via de bekende Fisherman’s Wharf richting de Golden Gate Bridge.
Fietsen langs het water
Onderweg kom je door yuppenwijk Marina, waar op zaterdag iedereen aan het joggen, fietsen of wandelen is om slank en fit te blijven. Verderop, met de brug op de achtergrond, vind je Crissy Fields. Hier gaan ‘gewone mensen’ op zaterdag picknicken, en hoe! Tenten, campingstoelen, tafelkleden, koelboxen vol eten en drinken, het lijkt wel alsof ze van plan zijn drie dagen te blijven. Er staan hier zelfs barbecues voor algemeen gebruik, al zagen die er niet altijd uitnodigend uit.
Toen we dat eetfestijn zagen, kregen Miranda en ik best honger, maar we hadden afgesproken dat we in Sausalito zouden lunchen, het rijke dorp aan de overkant van de brug. Ach, we zijn er toch al bijna, dachten we. Dat viel best tegen, want ook al zie je de brug van kilometers afstand, je moet nog hard werken om aan de overkant te komen.
Zoals ik in een eerdere post al zei, kan het weer in SF nogal wisselvallig zijn. Eigenlijk kun je beter spreken over microklimaten. Aan de kant van de brug was het mistig en bewolkt, aan de andere kant scheen gewoon de zon. Iets anders dat opvalt wanneer je op de brug bent, zijn de bordjes met telefoons die wanhopige zielen er van moeten weerhouden van de brug te springen. De Golden Gate Bridge is misschien wel de populairste locatie ter wereld om zelfmoord te plegen.
Hippies, kunstenaars en rijkelui
Na een flinke klim en een tocht over de brug van een half uur kwamen we in Sausalito aan. Wie het zich kan veroorloven hier een huisje te kopen, heeft het goed voor elkaar. Het stadje zit vol oude rijken en kunstenaars. Ook hippies vind je er nog. Eén van hen speelde op zijn gitaar voor de mensen die in de rij stonden voor de veerboot terug naar San Francisco. “Who needs drugs when you’ve got hugs”?, zong hij. Naast het bankje waar hij op zat stond een bordje ‘Free Hugs’, maar ik weet niet of hij nog gratis knuffels heeft kunnen weggeven. “Een echte hippie, ze hebben ons nog niet allemaal weggejaagd”, zei de ouwe boomknuffelaar.
De ober van restaurant Winship waar we gingen lunchen, was ook een kleurrijk figuur. “Zo, nu zie je er sjiek uit”, zei hij tegen mij toen hij een soort trappistenbier in bijpassend glas aan me serveerde. Zoals zo vaak in Amerika kregen we de rekening al toen we nog láng niet klaar waren. Dat betekent echter niet dat je op moet schieten. “Take your time”, krijg je in zo’n geval te horen.
American Dream
Hoewel, stiekem moesten we toch een beetje dooreten, aangezien het restaurant om vijf uur ’s middags al dicht ging. Toevallig kwamen Miranda en ik de ober later nog tegen toen hij op de bus stond te wachten. Eigenlijk vond hij het maar niks dat het restaurant zo vroeg dicht was. Maar ja, in de avonduren kwam er te weinig klandizie. “Wanneer ik kan, koop ik het restaurant”, vertelde de ober. “Dan gooi ik de deuren ook ’s avonds open en maak ik er een echte hotspot van.” Zijn versie van de American Dream.
We pakten de laatste veerboot terug naar de stad. Je vaart in zo’n geval altijd dicht langs het voormalige gevangeniseiland Alcatraz. Aangezien ik nog een overnachting had bijgeboekt, besloot ik zondags naar het eiland te gaan.
Zondag, Alcatraz-dag dus. Eerst heb ik op Union Square nog even geluisterd naar een bandje dat optrad tijdens ‘Jewels in the Square’. Dat is een soort open podium waar beginnende bandjes, zangers en andere artiesten gratis komen optreden. Aangezien ik ’s middags pas naar Alcatraz ging, kon ik dit nog mooi even meepakken. Vervolgens sprong ik op één van de beroemde ‘Cable Cars’ en liet me naar de pier rijden, waar een veerboot me bij het gevangeniseiland bracht.
Voor iedereen die niet weet wat Alcatraz is: oorspronkelijk een militaire basis, maar van 1934 tot 1963 was het de zwaarst beveiligde gevangenis van het land, van waaruit ontsnapping praktisch onmogelijk was. Onder andere Al Capone heeft hier nog vastgezeten.
Hoorspel op gevangeniseiland
Alcatraz, ook ‘The Rock’ genoemd, is een eiland dat nog geen anderhalve mijl van het vasteland ligt. Die afstand lijkt op het eerste gezicht nog wel te zwemmen, maar het koude water, de gevaarlijke stroming en af en toe een haai maken het praktisch onmogelijk levend het vasteland te bereiken. Tegenwoordig is het een toeristische attractie en een broedplaats voor zeemeeuwen.
Eigenlijk is het niet meer dan wat oude ruïnes en cellen, aangetast door jarenlange zoute zeewind, maar met name de audiotour is erg leuk. Het is een soort hoorspel waardoor alle gebeurtenissen in Alcatraz zoals rellen en ontsnappingspogingen echt tot leven komen.
De gevangenis is onderwerp geweest van meerdere films. Zie bijvoorbeeld ‘Escape from Alcatraz’ uit 1979. Deze film gaat over de enige succesvolle ontsnapping van het eiland, met Clint Eastwood in de hoofdrol. Een andere is de actiefilm ‘The Rock’ uit 1996, met Sean Connery en Nicolas Cage.
Drankspelletjes
Ter afsluiting van deze post: ik dacht dat ik tot mijn aankomst in Santa Barbara zou moeten wachten om kennis te maken met studentikoze Amerikaanse drankspelletjes. Maar in het USA Hostel in San Francisco konden ze er ook wat van. Op vrijdagavond, dus de avond vóór mijn fietstocht over de Golden Gate Bridge, heb ik ‘Arrogance’ leren spelen. Je kiest kop of munt, gooit een kwartje op, en als het de foute kant is, moet je al het bier opdrinken uit een glas dat bij elke beurt voller wordt.
Een ander, wat ‘intellectueler’ drankspel is Twenty-One. Deelnemers staan in een kring en de beginnende speler trapt af door te zeggen ‘I propose a game of…’, gevolgd door een nummer (meestal 21) en de speelrichting links of rechts.
Kort samengevat probeert iedere speler die de beurt heeft, deze beurt op een verwarrende wijze aan een volgende speler te geven, waarbij je optelt naar 21. Afhankelijk van de gebruikte regels sla je daarbij spelers over of keert de speelrichting om.
Speler nummer 21 is de sjaak, want die moet z’n glas leegdrinken. Maak je als deelnemer onderweg ergens telfouten -zeer waarschijnlijk-, dan moet je ook drinken. Ik heb de regels voor dit schrijven overigens weer moeten opzoeken, het was niet te onthouden (Lees: ik kon het me niet herinneren).
Dit was deel 2 van het reisverslag dat ik in 2008 schreef tijdens mijn verblijf in de VS. Deel 1 lees je hier. Je kunt ook verder naar deel 3.